
28 mei 2005,
De eerste e-mail die ik opende na terugkeer van een reisje naar de Bourgogne, was van de Amsterdamse slijter Ton Overmars. Mededeling: de Bourgognes van 2003 komen er aan. De voorverkoop is begonnen. Ik mag ‘voorintekenen’ op de ‘primeurs’ van 2003.
Volgt een lijst wijnen van ‘négociant-éleveur’ Louis Jadot, waarvan we er in de Bourgogne net een aantal hadden geproefd. Louis Jadot heeft een enorm pakket aan premier cru’s, grand cru’s en ‘gewone’ wijnen uit Beaune, Morgon, Volnay, Gevrey-Chambertin, Corton, Meursault, Montrachet, Vougeot en nog veel van die heerlijke dorpen. In totaal heeft Maison Louis Jadot controle over 105 hectare aan wijngaarden van diverse wijnboeren in de Bourgogne, waarvan 70 ha premier en grand cru.
Ik had me niet gerealiseerd dat de oogst van 2003 nog niet in de handel was. Het lijkt al zo lang geleden. Maar de wijn heeft net een jaar liggen uitbuiken in de kelders van de Côte d’Or. Ze ligt nu bij te komen van de schrik die de botteling teweegbrengt. Rustig aan. Mooie wijn kost tijd, net als de liefde. (Moet je hem horen.)
In de Bourgogne kwamen enkele van de eerste flessen met wijn uit 2003 op tafel. We wisten dat het een bijzonder jaar was (een bijzonder héét jaar), maar de wijn die voorbijkwam was soms niet een béétje anders. Die wijn leek soms in het geheel niet meer op een Bourgogne. Sommige Bourgognes uit 2003 hebben de kleur en kracht van een Roussillon. Een raar jaar. Wijn is een raadsel, zoals liefde een wonder is. (Blijft dit zo?)
Namen die ik zal onthouden: Antonin Rodet (en zijn kasteelhond), Domaine des Lambrays (en de veel te mooie tuin), Domaine des Rosiers (en de tranen van Gérard Charvet toen de naam van zijn overleden vader viel), Domaine Jean Féry & Fils (en het cadeau voor Gert Crum), Château de Beauregard (en de Pouilly Fuissé die écht lekker is), Domaine de la Vougeraie (en het zelfvertrouwen van Pascal Marchand), Louis Jadot (en de pr-medewerker die niet over wijn wil praten).
De reis naar de Bourgogne was een studiereis van de Wijnacademie. Het was een mooie reis. Frankrijk is mooi. Haar wijnen zijn mooi. Ik neem alle nare dingen die ik over Frankrijk heb gezegd terug. Ik beken dat ik jarenlang op weg naar Spanje, Italië en Portugal de Route de Soleil heb afgereden zonder om me heen te kijken, laat staan de snelweg te verlaten. Tot het tegendeel wordt bewezen, wil ik echter graag staande houden dat Parijs een stierlijk vervelende stad is. Parijs is als een oude liefde, die… (Ja ho maar, we begrijpen het al.)
De reis was zeer geslaagd, mede dankzij reisleider Ellen Dekkers en Bourgogne-kenner Gert Crum. De Bourgogne is het terroir van Gert Crum. Gert Crum vertelde onderweg in de bus over zijn eerste kennismaking met de Franse wijnwereld, waarna hij er nooit meer los van zou komen. Ik gun iedereen een poging om Gert Crum aan een fatsoenlijke betrekking te helpen, maar geloof mij maar, dat gaat niet lukken.
Het gebeurde in de Bourgogne, dat zal geen verrassing zijn. Gert was als jonge knul met vrienden op de fiets op vakantie in Frankrijk. De jongens strandden in Les Vergelesses, een klein dorpje ten noorden van Beaune. Waarom daar? Omdat daar de routekaart ophield. Ze wisten niet hoe ze verder moesten. Zo maakte Gert Crum kennis met wijnboer Jean Féry, die de jongens onderdak bood. Gert zag zijn eerste wijnkelder, dronk zijn eerste echte wijn. En het kwam nooit meer goed.
Sindsdien is Gert vaste gast op Domaine Jean Féry & Fils in Echevronne (Les Vergelesses). Jean Féry leeft niet meer. Zijn vrouw is voor Gert ‘als een moeder’ en zij beschouwt hem als een zoon. Zoon Jean-Louis is een vriend voor het leven.
We bezoeken Domaine Jean Féry & Fils, bekijken de kelder, proeven mooie wijnen. Dan roept Jean-Louis Féry zijn gasten bij elkaar voor de deuropening van een gastenverblijf dat in aanbouw is. De deur zit er nog niet in, het beton is nauwelijks droog. Jean-Louis spreekt zijn Nederlandse vriend toe en onthult een bordje naast de deur. ‘Suite Gert’ staat er op het bordje. Gert is verrast en ontroerd door de geste van zijn vriend. Gert Crum heeft nu zijn eigen logeeradres op het erf van de wijnboer die zijn leven een beslissende wending gaf.
Mooi hè?
Als de routekaart niet was opgehouden voor de deur van Jean Féry, vraag ik me af, hoe anders had het leven van Gert Crum er nu dan uitgezien? Toeval regeert en de rest is verbeelding. Leven en liefde zijn als druiven die… (Nee nee nee, niks daarvan.)
